5 februari 2021 Partner Mariëtte afgestudeerd aan de ECHA

Juni 2020 heeft mijn partner, Drs. Mariëtte van Nuland, voor haar ECHA opleiding onderzoek gedaan naar de onderwijsbehoeften van hoogbegaafde kinderen.  De uitkomsten van dit onderzoek vindt u in haar scriptie die u hier kunt inzien en downloaden.  Op 5 februari 2021 mocht ze hiervoor haar ECHA diploma in ontvangst nemen.

De samenvatting luidt als volgt:

Hoogbegaafde leerlingen komen lang niet altijd tot excellente prestaties. Onvoldoende rekening houden methun onderwijsbehoeften is daarbij een relevante factor. Daarom is het van belang om te weten welke onderwijsaanpassingen nodig zijn om onderwijs passend te maken voor hoogbegaafde leerlingen. Onderzoek geeft daar aanwijzingen voor: er moet in ieder geval worden voldaan aan de drie psychologische basisbehoeften: autonomie, binding en competentie. Van belang is dan te weten wat in de praktijk voor hoogbegaafde leerlingen nodig is om zich autonoom, verbonden en competent te voelen. Onderzoek noemt daarvan wel componenten, maar het is niet altijd duidelijk welke praktische onderwijsaanpassingen daarbij horen. In dit onderzoek is aan de hoogbegaafde leerlingen gevraagd om 18 van 36 praktisch geformuleerde aanpassingen behorende bij één van de drie basisbehoeften aan te wijzen als belangrijk voor hen. De resultaten waren dat de aanpassingen die autonomie bevorderend zijn significant vaker werden gekozen dan aanpassingen uit de andere twee groepen. Aanpassingen uit de groep competentiebevorderend werden significant minder gekozen dan de aanpassingen uit de andere twee groepen. Onderwijsaanpassingen behorende bij “binding met peers” uit de groep “binding” werden significant vaker aangewezen als zijnde belangrijk.Toekomstig onderzoek kan duidelijk maken of binding met peers zo belangrijk is voorhoogbegaafde leerlingen dat een arrangementbuiten de eigen school daarvoor gerechtvaardigd is.